Ontslag Sarah Schlitz: rechts buit haar zwakheden uit

Door Sarah Schlitz tot ontslag te dwingen, hebben de reactionairen hun zelfvertrouwen versterkt. Of het nu bewust was of niet, de meest problematische leugen van Schlitz was om mensen te laten geloven dat echte vooruitgang kan zonder collectieve strijd, dat het volstaat om de juiste persoon op de juiste plaats te hebben.

Als Sarah Schlitz (Ecolo) in het vizier kwam van N-VA en andere harde rechtse elementen, ook in de meerderheid, dan was dit omwille van haar betoog voor vrouwenrechten en LGBTQIA+ personen. In de pers werd ze omschreven als progressief, zelfs ‘radicaal’. Ze viel op in een regering die Afghaanse vrouwen blijft deporteren, aanvallen uitvoert die de financiële onafhankelijkheid van vrouwen aantasten, en 8.000 veroordelingen heeft voor het niet handhaven van de rechtsstaat in asielzaken…  Deelnemen aan zo’n regering leek niet verenigbaar met haar retoriek: ofwel geef je je principes op ofwel wordt je eruit gegooid. In dit geval lijkt het beide te zijn.

Door Emily Burns, nationale coördinatrice Campagne ROSA

Twee maten en twee gewichten

De voormalige staatssecretaris voor Gendergelijkheid, Gelijke Kansen en Diversiteit, Sarah Schlitz, heeft geholpen om de grote problemen van seksisme en LGBTQIA+fobie op de voorgrond te brengen. De staatssecretaris voor Gelijke Kansen was verreweg de meest prominente in deze functie, onder meer door voortdurende hypercommunicatie. Dit heeft geholpen om de problematiek onder de aandacht te brengen. Helaas bleef het daar vaak bij. Ze positioneerde zich als iemand die aan de kant van de organisaties op het terrein stond.

Rechts verwijt Schlitz dat ze in het kader van subsidies verenigingen en projecten verplichtte om haar persoonlijk logo te gebruiken of weer te geven. Dat is geen nieuwe praktijk. De hypocrisie van N-VA, die dit als eerste en het luidst aanklaagde, is eindeloos. Sarah Schlitz heeft een problematische praktijk verdergezet. Zuhal Demir (N-VA), die in de vorige regering dezelfde functie bekleedde, moest niet voor Schlitz onderdoen op dit vlak. Het personaliseren van subsidies maakt dat het voor organisaties moeilijker wordt om zich kritisch uit te laten over het regeringsbeleid. Bij Demir was een eenvoudige verontschuldiging in het parlement voldoende. Wat is er deze keer anders? Een leugen tegen het parlement? Misschien, maar dat is duidelijk niet het belangrijkste.

Een wet ter bestrijding van vrouwenmoorden, een project om het begrip toestemming in het wetboek van strafrecht op te nemen, de oprichting van 10 Zorgcentra na Seksueel Geweld. Dit zijn enkele van de projecten die de voormalige staatssecretaris voor Gelijke Kansen heeft uitgevoerd. Deze hervormingen, hoe minimaal ook, waren voldoende om de toorn van alle reactionairen op te wekken. Zij grepen naar het minste voorwendsel om aan te vallen. Dit is het zoveelste voorbeeld van een antifeministische terugslag na een decennium van feministische strijd over de hele wereld.

Politiek als een zaak van individuen?

Velen denken dat sociale verandering mogelijk is door de juiste mensen op de juiste plaats te zetten. We leven echter in een structureel ongelijke samenleving. De rijkste 1% van de Belgen bezit een kwart van alle rijkdom en heeft meer vermogen dan de armste 70%. De ervaring leert dat in een dergelijke samenleving grote hervormingen – en sociale verandering – alleen door collectieve strijd kunnen worden bereikt. In een regering stappen waarvan het meerderheidsakkoord lijnrecht ingaat tegen de eisen van de strijd van de arbeidersklasse (waartoe ook vrouwen, LGBTQIA+ mensen, migranten en jongeren behoren) maakt het logischerwijs niet mogelijk om deze aspiraties in realiteit om te zetten!

De huidige periode wordt nog steeds gekenmerkt door de invloed van het neoliberalisme en door decennia van terugtocht van de collectieve strijd. De atomisering van de samenleving heeft ruimte gegeven aan het valse idee dat het individu – en niet de collectieve strijd – sociale ongelijkheden kan oplossen en onderdrukkingen effectief kan aanpakken. Met deze visie is het logisch dat Sarah Schlitz geloofde dat zij en haar kabinet een verschil konden maken in deze kwesties. Hoewel ze hard werkte en overtuigd was van de noodzaak om te werken aan meer gelijkheid, toonde de strategie van de progressieve politica die deelneemt aan een rechtse regering al snel haar (sterke!) grenzen.

Sarah Schlitz lag van meet af aan onder vuur van rechts, zowel binnen als buiten de meerderheid. Toen ze Ihsane Haouach benoemde tot regeringscommissaris voor de gelijkheid van vrouwen en mannen, werd die laatste zowel door rechts als door de media systematisch gereduceerd tot haar geslacht en haar hoofddoek. De MR van Georges Louis Bouchez (in de meerderheid) en de N-VA (in de oppositie) organiseerden een mediacampagne om Ihsane Haouach in diskrediet te brengen en eisten zelfs dat ze haar hoofddoek afdeed. Een maand later werd ze gedwongen ontslag te nemen. De pers had achteloos nepnieuws verspreid dat wees op banden met de Moslimbroederschap. Dit had Sarah Schlitz moeten waarschuwen voor de aard van haar ‘bondgenoten’ in de regering.

Enerzijds is er geen echte basis nodig om iemand tot aftreden te dwingen zolang er een goede krachtsverhouding  is. Anderzijds was het duidelijk dat Schlitz geen echte speelruimte zou krijgen. In het beste geval zou zij slechts het feministische vijgenblad van een rechtse regering zijn.

Bestrijding van onderdrukking en uitbuiting vereist allereerst het opbouwen van een krachtige sociale beweging om een krachtsverhouding in ons voordeel te creëren. Deel uitmaken van een regering die niet aarzelt om racisme en seksisme te gebruiken om politieke manoeuvres uit te voeren en elk verzet te verdelen is een doodlopende weg.

Een stap vooruit, twee stappen terug…

Eind oktober slaagde Sarah Schlitz erin een wet tegen vrouwenmoord door te voeren. Er komt eindelijk een officiële telling van het aantal feminicides, naast een opleiding voor politieagenten en rechters, protocollen voor risicobeoordeling en de keuze van het geslacht van de politieagent die het slachtoffer ondervraagt. Extra middelen zijn echter niet toegekend. De uitvoering van de wet lijkt dus meer dan gecompromitteerd gezien het grote tekort aan middelen bij politie en justitie.

Maandag is in Namen het nieuwste Zorgcentrum na Seksueel Geweld (ZSG) geopend. Het bestaan van deze centra is een enorme stap vooruit voor iedereen die er gebruik van maakt. De tien zorgcentra kunnen jaarlijks 3.324 slachtoffers opvangen. Dat is echter minder dan de helft van de 8.000 klachten per jaar (rekening houdend met het feit dat momenteel slechts 10% van de slachtoffers een klacht indient). Het ZSG in Brussel is al bijna verzadigd… Sarah Schlitz zegt dat vanaf nu elk slachtoffer een ZSG binnen een uur rijden zal hebben. België is klein, maar 10 centra is veel te weinig. Ze zullen grotendeels onbereikbaar blijven voor wie ver van de steden woont waar ze gevestigd zijn. We hebben ook centra nodig in de buurt van elke campus; dat is de enige conclusie die we kunnen trekken op basis van het feit dat één op de vijf vrouwelijke studenten al slachtoffer werd van minstens een poging tot verkrachting.

Tegelijk voert de regering waarvan Sarah Schlitz een volwaardig lid was echter een beleid dat negatief is voor vrouwen en alle onderdrukte en uitgebuite mensen. De groeinorm in de zorgsector is verlaagd, personeel van naschoolse en dagopvang voor kinderen hebben ondraaglijke werkomstandigheden en lonen, enz. Deeltijdwerkers – waarvan 80% vrouwen zijn – liggen onder vuur. Men moet nu een jaar voltijds werken om recht te hebben op tijdskrediet om kinderen op te vangen, in een context waar er in de georganiseerde kinderopvang slechts plaats is voor één op de drie baby’s. Het pensioen voor deeltijdwerkers wordt verder verlaagd en perioden van loopbaanonderbreking worden niet langer in aanmerking genomen. Vrouwen verdienen gemiddeld 23,1% minder per jaar dan mannen. Wanneer zij met pensioen gaan, loopt het verschil op tot 30%. Zoals bekend neemt het geweld tegen vrouwen toe naarmate zij in grotere onzekerheid leven. Het is belangrijk dat begrip ‘toestemming’ is opgenomen in het strafwetboek en dat er Zorgcentra na Seksueel Geweld komen, maar zonder financiële onafhankelijkheid kunnen slachtoffers moeilijk uit een situatie van intrafamiliaal geweld of geweld op het werk ontsnappen.

Leugens?

Of het nu bewust was of niet, de meest problematische leugen van Schlitz was niet die voor het parlement, maar wel om mensen te laten geloven dat echte vooruitgang kan zonder collectieve strijd, dat het volstaat om de juiste persoon op de juiste plaats te hebben. Door Sarah Schlitz tot ontslag te dwingen, hebben de reactionairen hun zelfvertrouwen versterkt. Sarah Schlitz heeft ongekende maatregelen genomen, maar zonder de nodige middelen is dat niet voldoende. Er is een collectieve strijd nodig om het geld te halen waar het zit, om ervoor te zorgen dat de openbare gezondheidszorg en de sociale diensten worden gefinancierd op basis van de noden, om lonen en uitkeringen af te dwingen die onze financiële onafhankelijkheid waarborgen.

Zonder deze collectieve strijd kunnen seksisme, LGBTQIA+fobie en racisme niet verslagen worden. We kunnen die verdeeldheid en haat enkel beëindigen door een einde te stellen aan het kapitalisme, waarvan uitbuiting en onderdrukking onderdeel van het DNA zijn. Er is nood aan een samenleving waarin de beschikbare rijkdom de gemeenschap in staat stelt de ontwikkeling van iedereen te garanderen. Dat is een democratische socialistische samenleving.


Dit artikel delen :

ROSA organiseert acties, evenementen en campagnes om te strijden tegen seksisme en het systeem die het onderhoudt : het kapitalisme.