Op 14 maart is het exact vijf jaar geleden dat Marielle Franco en Anderson Gomes werden vermoord, geraakt door 13 schoten met machinepistolen, in de open lucht in het centrum van Rio de Janeiro. De verantwoordelijken voor de hinderlaag en de schietpartij zijn gepensioneerd sergeant Ronnie Lessa en voormalig militairpolitieagent Élcio Queiroz. De professionele achtergrond van de betrokkenen, alsmede de gehele planning van de misdaad en het feit dat er niets werd gestolen, maken duidelijk dat het gaat om een politiek gemotiveerde misdaad, met als doel één van de met de meeste stemmen in Rio de Janeiro verkozen raadsleden voor PSOL (Partido Socialismo y Liberdade) te vermoorden, alsmede haar chauffeur en assistent.
Vertaling van een artikel van Julia C., lid van LSR (Braziliaanse sectie van ISA)
Volgens de Secretaris van Staatsveiligheid uit 2018, generaal Richard Nunes, werd Marielle vermoord omdat ze raakte aan de belangen van de milities bij de onderverdeling van land in de perifere regio’s van de hoofdstad Rio de Janeiro. Journaliste Eliane Brum gaat verder en zegt dat Marielle “ook werd vermoord omdat ze de opstand van de perifere Brazilianen die hun plaats in het centrum opeisen op het lijf droeg [Marielle is zelf geboren en getogen in de favela da Maré]”.
Zelfs al weten we dat de misdaad gelinkt is aan belang(hebbend)en bij het beëindigen van de Marielles politieke strijd, intussen zitten we sinds 2018 met een lopende zaak in de rechtbank en hebben we nog steeds geen antwoord op de vraag die opgeworpen wordt door de verontwaardigde bevolking: “Wie gaf opdracht tot de moord op Marielle?”. Deze inefficiëntie is geen louter toeval en toont aan in welke mate ons juridisch systeem, net zoals alle burgerlijke instituties, volgens de regels van de belangen van de elite werkt: snel en wreed in het veroordelen en opsluiten van de zwarte, arme en perifere bevolking, maar een trage tred gaande wanneer het de belangen van de elite zijn die op het spel staan.
In een tijdperk waarin mensen de slogan “geen amnestie” voor de coupplegers van 8 januari hebben geëist, is het belangrijk te benadrukken dat wanneer we de staat niet onder druk zetten om alle betrokkenen bij haatmisdrijven zoals deze ter verantwoording te roepen, inmengingen/verschuivingen in onderzoeken het resultaat zijn. Zelfs wanneer alles in die onderzoeken wijst naar extreemrechtse figuren, die vijanden van het volk zijn. In het geval van Marielle: zelfs al woont de dader van de schietpartij in hetzelfde condominium [privé wijk] waar Bolsonaro een huis heeft, en met een getuigenis, die vreemd genoeg werd ingetrokken, van de portier die betrokkenheid bevestigt; zelfs al is er de betrokkenheid van Flávio Bolsonaro bij een vermeende groep huurmoordenaars aan wie Jair Bolsonaro hulde bracht; dan nog is het alsof het bewijs zou ontbreken om het onderzoek te verstrengen met betrekking tot de banden van de familie met de misdaad.
Silvio Almeida, huidig Minister voor Mensenrechten, vermeldde tijdens zijn spreken bij de VN de noodzaak om de zaak niet onbestraft te laten. Bij die gelegenheid vermeldde hij ook de inspanningen van de regering om de “waardigheid van de Yanomami-volkeren” te herstellen. Zijn collega, Minister voor Vrouwen Cida Gonçalves, is misschien echter realistischer wanneer zij erkende tijdens een interview voor Uol dat bepaalde agenda’s die de status quo (wat als beleid is vastgesteld en vastgelegd) meer uitdagen niet zullen veroverd worden door de huidige machteloze regering die zich verzoent met rechts, en dat alleen de strijd op straat, van volksbewegingen echt overwinningen voor de arbeidersklasse kan stimuleren.
Binnen een kapitalistisch systeem dat diegenen die de onrechtvaardigheden van dit systeem durven aanklagen vervolgt, is het uiterst belangrijk om zich te blijven herinneren wie Marielle was en voor wat voor samenleving zij streed. En is het belangrijk dat we gevolg blijven geven aan deze erfenis opdat wat ze tijdens haar leven deed niet verloren gaat. Elke keer dat ze proberen ons het zwijgen op te leggen, moet onze strijd toenemen, opgebouwd op een nog collectievere en meer georganiseerde manier.
Wij komen op voor:
- De verderzetting van het onderzoek op een manier die recht doet aan de ernst van de zaak en voor de verantwoording en bestraffing van alle betrokkenen.
- Geen amnestie voor criminele coupplegers, vijanden van de werkende klasse.
- Het einde van het kapitalisme dat de armste mensen uitbuit en onderdrukt en degenen die strijden tegen het onrecht dat hen wordt aangedaan, vervolgt.
- Een socialistisch antiracistisch alternatief om te strijden tegen racisme, uitbuiting en alle vormen van onderdrukking.