Langer werken voor minder pensioen : vrouwen extra hard geraakt

Het pensioen van vrouwen is gemiddeld 26% lager dan dat van mannen

In het regeerakkoord van 2014 staat dat “de regering beter rekening wenst te houden met de genderdimensie op de arbeidsmarkt en hierbij bijzonder aandacht zal besteden aan de loonkloof, het verzoenen van werk en privéleven, de strijd tegen het glazen plafond en meer algemeen aan zowel de verticale als horizontale segregatie van de arbeidsmarkt.” Maar sinds het begin van haar ambtstermijn is er een golf van aanvallen op de werkende bevolking. Deze treffen vrouwen in het bijzonder. De hervorming van de pensioenen is opnieuw geen uitzondering.

De Belgische pensioenen behoren al tot de laagste van Europa (volgens de OESO), in tegenstelling tot wat de politici verkondigen. Een studie van Eneo (sociale beweging van senioren) toont aan dat 4 op 10 gepensioneerden in België onder de armoedegrens leven. En twee derde van hen zijn vrouwen.1

Deze kloof bestaat om dezelfde redenen als de loonkloof: vrouwen bevinden zich vaker in sectoren en jobs met lagere lonen, ze werken vaker deeltijds en het zijn meestal de vrouwen die hun loopbaan onderbreken om voor het gezin te zorgen. Deze situatie zal niet verbeteren met de toename van onzekere jobs en de afbraak van de sociale diensten.

Al deze obstakels voor het behalen van een volledige loopbaan en een volwaardig pensioen worden nog versterkt door de huidige pensioenhervorming. Na het verhogen van de pensioenleeftijd tot 67 jaar, richt de regering zich nu op de berekeningswijze van het bedrag van het pensioen en de duur van de loopbaan. Niet “om het pensioen te verhogen van zij die langer willen werken”, zoals ze beweren, maar om te besparen op de kap van mensen die het al moeilijk hebben om rond te komen. En er is meer. De minister van pensioenen, Daniel Bacquelaine, heeft nog meerdere hervormingen klaarliggen voor het einde van de legislatuur: zware beroepen, deeltijds pensioen, puntensysteem, …

Wat betekenen deze hervormingen voor vrouwen ? De pensioenhervorming telt talrijke maatregelen die vaak heel technisch lijken. We overlopen de maatregelen die ons het gevaarlijkst lijken, vooral voor vrouwen.

Het beperken van de gelijkgestelde periodes

De gelijkgestelde periodes zijn periodes van inactiviteit (door ziekte, onvrijwillige werkloosheid, brugpensioen, tijdkrediet) die toch worden meegeteld voor de berekening van je pensioen. Door deze periodes kon je een pensioenrecht opbouwen, gebaseerd op het laatst ontvangen loon. Maar de hervormingen van de verschillende regeringen – waaronder de regering-Di Rupo – hebben deze verworvenheid steeds meer ingeperkt. Voor sommige van deze periodes wordt niet langer het laatste loon gerekend, maar een minimumloon (“minimumrecht”), wat het bedrag van het pensioen naar beneden trekt. En de huidige regering gaat nog verder. Onder het voorwendsel “een sterkere band tussen gewerkte periodes en het pensioen te bekomen” heeft de regering beslist om bepaalde periodes helemaal niet meer mee te rekenen en het minimumrecht voor andere periodes uit te breiden.

Op die manier wordt deeltijds werk vandaag alleen meegerekend als minimum in de berekening van het pensioen. De bijkomende vergoeding voor onvrijwillig deeltijds werkenden – reeds verlaagd door de regering – geeft niet langer recht op een volledig recht, maar slechts op een minimumrecht op pensioen.

Iedereen weet echter dat vrouwen goed zijn voor de meerderheid van de deeltijdse jobs: 66% van de 1,9 miljoen deeltijdse contracten worden bekleed door vrouwen, tegenover 34% van de 2,3 miljoen voltijdse contracten 2. Na 1 jaar werkloosheid worden ook de pensioenrechten niet meer berekend op basis van het laatste loon, maar opnieuw op basis van een minimumrecht. Op 2 jaar voor hun pensioen zijn echter de helft van de gelijkstellingen voor vrouwen periodes van werkloosheid (cijfers ABVV). Dit alles betekent duidelijk een vermindering van het pensioenbedrag.

Het is een aanval die de – reeds magere – pensioenen van vrouwen hard treft. Om de hierboven genoemde redenen is de loopbaan van vrouwen minder constant en lineair dan die van mannen, en telt deze loopbaan meer gelijkgestelde periodes. Een loopbaan van een vrouw telt gemiddeld 36,6 jaar, waarvan 37% is gelijkgesteld. De loopbaan van mannen telt gemiddeld 42,2 jaar, waarvan 30% gelijkgesteld (cijers ABVV). Een volwaardig pensioen bekomen, wordt dus nog moeilijker. De pensioenhervorming stelt een systeem voor waarbij de pensioenen berekend worden op een model van een “mannelijke loopbaan”, m.a.w. een voltijdse baan zonder onderbreking. En dit schaadt vooral de vrouwen die massaal vertegenwoordigd zijn in de deeltijdse jobs en in de werkloosheidsuitkeringen.

De moeilijkheid om het einde van de loopbaan te verlichten

Na de aanval de pensioenleeftijd en het vervroegd pensioen, richt de regering zich nu op de eindeloopbaan. In 2015 hebben ze beslist de pensioenleeftijd te verhogen van 65 jaar naar 67 jaar, en de voorwaarden voor het vervroegd pensioen strenger te maken. Vanaf 2019 moeten we een loopbaan van 42 jaar achter de rug hebben om met vervroegd pensioen te gaan (vanaf 63 jaar). De meerderheid van de vrouwen haalt dit niet. Ook de toegang tot eindeloopbaanjobs is moeilijker. Vroeger kon een persoon vanaf 55 jaar halftijds of 4/5de werken, zonder dat dit een grote impact op het pensioen had. Maar de regering laat dit enkel nog toe vanaf 60 jaar (anders daalt het pensioen). De volgende stap is de invoering van het deeltijds pensioen, waarvan de doelstelling open en duidelijk is: “mensen langer aan het werk houden.” Vrouwen die vaak al moeite hebben om een loopbaan te behalen die lang genoeg is voor een volwaardig pensioen en dus om niet onder de armoedegrens te leven, zullen nog meer moeite hebben om het einde van hun loopbaan te verlichten.

De aanval op de pensioenen in de openbare diensten

Ook dit is een doelwit, zogezegd om de verschillende systemen te harmoniseren. Het gaat hier opnieuw om een harmonisering naar beneden in een sector waar de lonen lager zijn dan in de privésector en gecompenseerd werden door een goed pensioen. Ook hier worden de vrouwen opnieuw in het bijzonder getroffen omdat ze de meerderheid van het personeel van de openbare diensten uitmaken.

Verlies van koopkracht voor gepensioneerden

De verhoging van het minimumpensioen had goed nieuws kunnen zijn, maar enkel werkenden met een volledige loopbaan hebben hier recht op. Terwijl vrouwen het vaakst een minimumpensioen ontvangen, behalen ze zelden de 45 jaar loopbaan die vereist is om voor deze maatregel in aanmerking te komen. Slechts 40% van de personen die van de maatregel konden genieten waren vrouwen, tegenover 60% mannen.

En nochtans is de situatie vandaag al rampzalig. De levensduurte stijgt, ook voor gepensioneerden. En de inkomens volgen niet. Volgens Eneo heeft 58% van de vrouwen een pensioen onder de 1000 euro (en 32% van de mannen). En terwijl het gemiddeld pensioen 1200 euro bedraagt, kost een opname in een rusthuis al snel 1400 euro tot 1500 euro per maand.

Hierbij komt een verhoging van de minimumleeftijd van het overlevingspensioen (toegekend aan de overlevende partner) tot 50 jaar in 2025 en 55 jaar in 2030. Vrouwen vertegenwoordigen 98,49% van dit type pensioen.

De invoering van het puntensysteem

De volgende grote hervorming die de regering heeft klaarstaan, is een wijziging van de berekening van het pensioen: het beruchte puntensysteem. De bedoeling is “de verhoging van de pensioenkost beperken door jaarlijks de waarde van het punt vast te leggen voor de werknemers die dat jaar met pensioen gaan.3 Dit systeem brengt de toekomstige gepensioneerden in absolute onzekerheid doordat de waarde van de punten kan fluctueren in functie van de economische en demografische conjunctuur, en doordat het onmogelijk zal zijn om, zelfs op middellange termijn, een correcte inschatting te maken omdat de waarde van de punten pas op het laatste moment wordt bepaald. Eneo voegt eraan toe: “Naast de onzekerheid voor de werknemer, is er ook een verleiding voor de regeringen om op de waarde van het punt te wegen en zo de pensioenen te verlagen.4

Vechten tegen seksisme is vechten tegen besparingen!

Het doel van de hervormingen is duidelijk: de ontmanteling van het solidaire systeem dat “de eerste pensioenpijler” is. Voor de regering is de eerste pijler (het wettelijk pensioen) een minimumbescherming, en geen verworven recht op een volwaardig pensioen op basis van een uitgesteld loon. Tegelijkertijd stimuleert de regering de 2de en 3de pensioenpijler, die de verantwoordelijkheid om een voldoende pensioen op te bouwen bij het individu legt. De regering organiseert met deze hervorming een algemene onzekerheid voor de toekomstige gepensioneerden en breekt het systeem dat gebaseerd is op solidariteit.

Terwijl alle politici zich voordoen als “grote feministen”, hebben ze geen enkele scrupule om steeds meer vrouwen in de armoede en de onzekerheid te duwen. De vrouwen zijn al oververtegenwoordigd in de lage pensioenen. Vandaag kan reeds 75% van de bejaarden de kosten van een rusthuis niet alleen betalen. Talrijke gezinnen moeten de totale kost van de zorg voor de kinderen, ouderen, gehandicapten, … op zich nemen, zonder hulp of aangepaste diensten. Een taak die binnen het gezin meestal op de schouders van de vrouwen valt. Deze situaties leiden ertoe dat talrijke vrouwen naar deeltijdse banen grijpen om hun verschillende verantwoordelijkheden te combineren. Maar dit beperkt hun inkomen, hun sociale rechten en hun toegang tot een volwaardig pensioen …

Grote verklaringen of voldoende vrouwen op de verkiezingslijsten volstaan niet om seksisme en vrouwenonderdrukking te bestrijden. Het is essentieel te vechten voor betere levensvoorwaarden, om zo de materiële basis voor vrouwenemancipatie te garanderen. En er is voldoende geld. Als de politici hun cadeaus aan de multinationals stoppen en het geld zoeken waar het zit, zou er voldoende geld zijn voor de openbare diensten en voor volwaardige pensioenen voor allen. De keuze van de regering is echter duidelijk: de werk- en levensvoorwaarden van de 99% van de bevolking aanvallen om de rijkdom van de rijksten te beschermen.

 Wij eisen een rechtvaardig pensioen voor allen

  •     Verhoog de minimumpensioenen tot minstens 1.500 euro bruto per maand
  •     Breng de pensioenen van de privésector naar 75% van het gemiddeld loon
  •     Behoud van de pensioenen van de openbare sector en de gelijkgestelde periodes
  •     Intrekking van de verhoging van de pensioenleeftijd tot 67 jaar en van alle aanvallen op het vervroegd pensioen
  •     Individuele rechten zodat vrouwen financieel onafhankelijk zijn
  •     Kwaliteitsvolle en betaalbare openbare diensten voor iedereen

De strijd is nog maar net begonnen

Op 19 december 2017 zijn tienduizenden personen op straat gekomen tegen de hervorming van de pensioenen. Het is nog maar een begin, het is essentieel een actieplan uit te werken om de plannen van de regering effectief te stoppen. En vrouwen hebben ook een belangrijke rol te spelen in deze mobilisaties. Het is noodzakelijk dat ze actief deelnemen aan de strijd en de hypocrisie van de regering ontmaskeren om een strijdbare beweging op te bouwen die haar eisen kan opleggen.

De ROSA campagne steunt ook syndicaliseringscampagnes van vrouwen. Dit is essentieel voor de uitbouw van een sterke en verenigde beweging, zeker in de sectoren waar ze de meerderheid van het personeel uitmaken. Zowel in grote instellingen/bedrijven als in “kleine structuren” (minder dan 50 werknemers), kunnen we de aanvallen niet stoppen en nieuwe overwinningen boeken zonder samen te strijden en de vakbondsleiding te dwingen het verzet te organiseren. Sluit aan bij een vakbond en verdedig je rechten!

Voetnoten

« Femmes et hommes sont-ils égaux ? En 2017, l’écart salarial est encore de 20 % ! », FGTB, vu le 18/12/2017 sur http://www.fgtb.be/-/femmes-et-hommes-sont-ils-egaux-en-2017-l-ecart-salarial-est-encore-de-20

« Nos pensions : trois piliers, trois régimes», Eneo, vu le 18/12/2017 sur http://www.eneo.be/analyses-2017/etudes-analyses/analyses/analyses-2017/nos-pensions-trois-piliers-trois-regimes.htm

“Pension: comprendre la réforme des périodes assimilées », L’écho, 7/12/2016

« Les périodes assimilées, victime des mesures visant à « valoriser » le travail pour le calcul de pension », Eneo, avril 201

« La réforme des pensions: voici comment le gouvernement nous “retraite” », RTBF, 4/11/2016, vu sur https://www.rtbf.be/info/belgique/detail_la-reforme-des-pensions-voici-comment-le-gouvernement-nous-retraite?id=944759

« Pensions : lourdes attaques sur les périodes assimilées », CEPAG, décembre 201

« Pour le Conseil de l’égalité des chances, «la réforme des pensions discrimine les femmes» », Le soir, 24/11/201

« Travailler plus longtemps pour une pension plus basse », FGTB Wallone, 2/10/201

« Les réformes du ministre Bacquelaine : un retour en arrière », mars 2016, vu le 18/12/2017 sur https://bruxelles-hal-vilvoorde.csc-en-ligne.be/Images/160307-dossier-presse-pensions-tcm199-384293.pdf

« La pension minimale sera augmentée pour seulement 40 % des femmes », La Libre, 3/10/201

« Nos pensions sont en danger, tant dans le secteur privé que dans les services publics ! », FGTB-ABVV, 30 juin 201

« La FGTB réunit 600 déléguées et dénonce la politique du gouvernement «contre les femmes» », Sudinfo.be, 17/12/2017

1 « Femmes et hommes sont-ils égaux ? En 2017, l’écart salarial est encore de 20 % ! », FGTB, vu le 18/12/2017 sur http://www.fgtb.be/-/femmes-et-hommes-sont-ils-egaux-en-2017-l-ecart-salarial-est-encore-de-20-

2 « La FGTB réunit 600 déléguées et dénonce la politique du gouvernement «contre les femmes» », Sudinfo.be, 17/12/2017

3 « Nos pensions : trois piliers, trois régimes », Eneo, vu le 18/12/2017 sur http://www.eneo.be/analyses-2017/etudes-analyses/analyses/analyses-2017/nos-pensions-trois-piliers-trois-regimes.html

4 « Nos pensions : trois piliers, trois régimes », Eneo, vu le 18/12/2017 sur http://www.eneo.be/analyses-2017/etudes-analyses/analyses/analyses-2017/nos-pensions-trois-piliers-trois-regimes.html


Dit artikel delen :

ROSA organiseert acties, evenementen en campagnes om te strijden tegen seksisme en het systeem die het onderhoudt : het kapitalisme.