INTERVIEW – Stop agressie tegen personeel NMBS

De afgelopen dagen kwamen dagelijkse vormen van agressie tegenover het trein-en stationspersoneel meer in de aandacht. Dit na meerdere opeenvolgende zeer gewelddadige gevallen van agressie: van een aanval met een mes tot een poging tot verkrachting. Als antwoord hierop lanceerde een collectief van treinbegeleiders op 19 september het initiatief #StopAgressiesNMBS.

In 2016 was 83% van de vrouwen slachtoffer van seksisme op het openbaar vervoer.

Ook personeel is hier het slachtoffer van. In 2017 waren er bijna 2.100 gevallen van agressie tegenover het trein-en stationspersoneel, een stijging met 11% in vergelijking met 2016. Dit komt neer op drie gevallen van agressie per dag. Het gaat om bedreigingen, beledigingen, gevallen van licht geweld en gevallen van slagen en verwondingen.

Het zijn vooral de treinbegeleiders die het slachtoffer zijn van agressie. Op risicolijnen staat het personeel onder constante druk: sommigen zijn bang om hun dienst aan te vangen, sommigen durven geen controles meer uitvoeren. We spraken met een treinbegeleider.

Wat is het initiatief van #StopAgressiesNMBS?

De afgelopen dagen kwamen dagelijkse vormen van agressie tegenover het trein-en stationspersoneel meer in de aandacht. Dit na meerdere opeenvolgende zeer gewelddadige gevallen van agressie: van een aanval met een mes tot een poging tot verkrachting.

Als antwoord hierop lanceerde een collectief van treinbegeleiders op 19 september het initiatief #StopAgressiesNMBS. Hierbij werd aan personeel gevraagd een witte band te dragen en aan de reizigers om door middel van post-its hun solidariteit te uiten via de sociale media.

Hoog tijd voor actie zo blijkt: de dag zelf nog van de actie #StopAgressiesNMBS werd een treinbegeleidster slachtoffer van extreem fysiek geweld.”

Heeft deze actie resultaat opgeleverd?

De gevoeligheid rond dit thema, de opvallende stijging van agressies de voorbije periode samen met het massaal delen van de post-it posts op de sociale media heeft de CEO van de nationale spoorwegmaatschappij, Sophie Dutortoir, gedwongen om te reageren en actie te ondernemen. Zo zal het reeds bestaande masterplan anti-agressie versterkt worden door onder andere meer Securail-agenten in te zetten op de treinen, met een versterkte aandacht voor de late treinen. Verder werd er versterking gevraagd aan de federale spoorwegpolitie opdat ook zij meer aanwezig zou zijn in de treinen. Tot slot drijft De NMBS ook de frequentie op van grootschalige en gerichte controleacties.

Enkele jaren geleden zagen we eenzelfde fenomeen bij de vervoermaatschappij De Lijn. Na het toenemende aantal gevallen van agressie tegenover de buschauffeurs, beloofde de directie via haar nationaal veiligheidsplan ‘Veilig op weg’ extra controleurs op gevaarlijke trajecten/uren. Maar in de praktijk was hier weinig van te zien. Dit omdat er geen extra middelen voor werden vrijgemaakt.

Het blijft voor het personeel, als (potentiele) slachtoffers onduidelijk hoe dit in de praktijk verbetering zal opleveren gezien het bestaande personeelstekort en zonder dat er hierbij extra middelen worden voor vrijgemaakt.

In welke mate kan hierdoor ooit sprake zijn van een structurele oplossing?  Het globale masterplan anti-agressie bestaat reeds sinds 2007. Masterplannen hebben geld en personeel nodig, maar botsen vandaag op tekorten, een stijgende werkdruk en aanhoudende besparingen op het openbaar vervoer.

Morgen kan gewoon een nieuwe daad van agressie volgen. Het personeel wil niet wachten tot er een dodelijk slachtoffer valt, zoals in 2012 toen een medewerker van de Brusselse vervoersmaatschappij MIVB aan zijn verwondingen overleed na slaag te hebben gekregen van een agressor.

Het is meer dan duidelijk dat de maatregelen van de directie van de NMBS ruim onvoldoende zijn. Er is dringend nood aan een structurele oplossing voor het probleem. De directie moet hier onmiddellijk een prioriteit van maken !

Wat is er dan écht nodig om tot een duurzame oplossing te komen?

Het personeel op het terrein wil meer preventieve maatregelen. Zowel bij Securail als bij treinbegeleiding eisen ze meer toezicht en meer personeel.

Velen voelen zich in de steek gelaten en willen dat de directie van de strijd tegen agressie een prioriteit maakt. Verschillende structurele maatregelen dringen zich op. Er zijn onvoldoende mensen en middelen ter beschikking om het hoofd te bieden aan de stijgende werkdruk en (agressie)treinen zijn onderbemand. We vragen al jaren dat de begeleidingsnormen van de treinen worden herzien zodat er meer dan één treinbegeleider wordt verzekerd op o.a. risicolijnen.

We vragen voldoende middelen om meer veiligheidspersoneel te kunnen inschakelen. In plaats van meer en meer spookstations moet er worden geïnvesteerd in meer personeel voor meer sociale controle in de stations en treinen. Een andere dringende noodzaak is investeren in betere opvang en ondersteuning voor de slachtoffers van agressie.

Het bestaande buddysysteem moet worden hervormd tot een volwaardig en gegarandeerd systeem. Onder een betere ondersteuning versta ik ook een betere opleiding voor het personeel. Niet alleen schiet de inhoud tekort, vandaag worden opleidingen geschrapt of uitgesteld door het personeelstekort. Tenslotte zijn bijkomende aanwervingen noodzakelijk om de onhoudbare en aanslepende personeelstekorten aan te pakken.

Deze maatregelen moeten gepaard gaan met meer publieke middelen voor een ambitieus programma van meer en betere dienstverlening. Dat is ook in het belang van de reizigers. De belangrijkste motieven van geweld ten aanzien van het begeleidend personeel zijn discussies over vervoersbewijzen, maar dat zeker niet alleen! Ook de gebrekkige dienstverlening zorgt voor frustraties die leiden tot agressie.

De overvolle treinen, defect materieel of vertraging moeten beantwoord worden met investeringen, niet met besparingen. Besparingen gebeuren vandaag ook in de vorm van productiviteitsverhogingen.

Propvolle diensten waar zelfs een toiletbezoek soms teveel gevraagd is, laat staan even uitblazen na een moeilijke situatie met een reiziger.

Gratis en degelijk openbaar vervoer lijkt voor velen een utopie, maar is in praktijk een realistische en noodzakelijke oplossing. Het is een maatschappelijk debat over waar de aanwezige middelen naartoe gaan en hoe wij daarvoor kunnen zorgen.

Ook binnen de vakbond moeten we ervoor zorgen dat deze discussie meer gevoerd wordt.

Onder vrouwen en binnen de vrouwenbeweging bestaat al langer de vraag hoe er gezorgd kan worden voor een veilige publieke ruimte: op straat, op het openbaar vervoer, op school,…

Bijna iedere vrouw werd ooit al eens lastig gevallen op de bus, tram, metro of trein. In 2016 was 83% van de vrouwen slachtoffer van seksisme op het openbaar vervoer.

Wanneer het personeel ondersteuning vraagt bij seksistische, racistische en/of homofobe praktijken tijdens het uitvoeren van hun dienst, wordt dit vaak op een lacherige manier onthaald.

Meer personeel en het investeren in sterke dienstverlening  zouden voor de veiligheid van het personeel een enorme stap vooruit betekenen. Maar ook voor de reizigers, en in het bijzonder voor vrouwen zijn deze eisen essentieel.

Want vrouwenstrijd is ook massaal investeren in het openbaar vervoer. Vrouwenstrijd is ook nood aan meer veilig en toegankelijk openbaar vervoer : een groter netwerk en meer begeleidend personeel om dag en nacht veilig te kunnen reizen waar we willen.


Dit artikel delen :

ROSA organiseert acties, evenementen en campagnes om te strijden tegen seksisme en het systeem die het onderhoudt : het kapitalisme.